In de vorige nieuwsbrief schreven we dat de opkomst van het Messiaans Jodendom sinds de jaren zestig van de afgelopen eeuw tot de spannendste en meest hoopgevende ontwikkelingen van de laatste zestig jaar behoort. We lieten ook het woord ‘fascinerend’ vallen. Dat zijn nogal wat superlatieven bij elkaar. Dan rijst al snel de vraag of al dat enthousiasme wel gerechtvaardigd is. Wordt er hier niet overdreven? Wij menen van niet. Gelukkig staan we in ons enthousiasme niet alleen. Zo verscheen er alweer 18 jaar geleden, in 2001, een indrukwekkende informatieve studie van Evert van de Poll met de titel ‘De Messiaanse Beweging en haar betekenis voor christenen’. Van de Poll is een evangelisch theoloog en al jaren met deze thematiek bezig. Wat schrijft van de Poll zoal in 2001 over de betekenis van de Messiaanse Beweging voor christenen? We willen u het nu volgende citaat uit zijn boek niet onthouden.
“Vlak voor de Tweede Wereldoorlog schreef Samuel Schor: ‘Lees het verhaal van Israël, laat God buiten beschouwing, en zijn geschiedenis wordt een raadsel, een enigma, dat onoplosbaar blijft zolang we afgaan op de gangbare wetten die het lot der volkeren bepalen’. Zelfs de aanslag van de nazi’s heeft geen einde kunnen maken aan wat de messiaanse voorganger Paul Ghenassia ‘de wonderbaarlijke overleving van het volk Israël noemt. Ook hij ziet maar één verklaring. De Eeuwige Zelf heeft hierin zijn hand. Hij heeft verklaard dat ‘Israël pas zou verdwijnen als ook de zon, de maan en de sterren, de dag en de nacht zouden verdwijnen’ (Jeremia 32:35). We zouden hieraan kunnen toevoegen: als het voortbestaan van dit volk op zich al een wonder is, dan is het feit dat er nog steeds Messias-belijdende Joden zijn een nog groter wonder. Want machthebbers, prelaten en massa’s ‘gewone’ aanhangers van het christendom hebben er vele eeuwen alles aan gedaan om Jezus zo onaantrekkelijk mogelijk voor Joden te maken. Wie tot de kerk toetrad, moest daar zijn oorspronkelijke identiteit afzweren of verbergen. Wie niet tot de kerk toetrad, kreeg te maken met allerlei discriminerende maatregelen en vervolgingen. Tot overmaat van ramp, ontpopten sommige christenen van Joodse afkomst zich als bittere vijanden van hun volk. Dat schiep een diepe afkeer van de persoon van Jezus. Wat lag meer voor de hand dan dat dit volk niets meer met ‘die man en zijn godsdienst’ te maken wilde hebben?“
“Nee, ze zijn nooit helemaal weggeweest, de Joodse gelovigen, maar hun aanwezigheid speelde in het verleden amper een rol in het christelijk bedrijf. Ze vormden een te verwaarlozen minderheid. Voor degenen die Jood en christen tegelijk wilde zijn, was in het officiële christendom geen plaats. (…) Zeker, deze geschiedenis is grotendeels verleden tijd. Vanaf de negentiende eeuw is er onder christenen steeds meer ruimte gekomen voor een welwillende houding. Er kwam een hele beweging van Joden die vrijwillig het christelijk geloof aannamen. Daarmee was de diepe kloof van het verleden nog niet zomaar gedicht. De tegenstellingen en confrontaties van voorgaande eeuwen hadden een lange nawerking. Nog tot de dag van vandaag menen vele christenheidenen dat ze niet ‘bij’ maar ‘in plaats van’ het volk Israël zijn gekomen. De zogenaamde theologie van de vervanging is bepaald niet uitgedoofd.”
“Het heeft de Messiasbelijdende Joden twee eeuwen van moeite en strijd gekost, tegen de christelijke hoofdstroom in, om een eigen plaats in de gemeente terug te verwerven, die in de begintijd niet meer dan vanzelfsprekend was. En nog is die plaats omstreden. Dat alleen al spreekt boekdelen. In het licht van deze geschiedenis mag het een Godswonder heten dat er een groeiende Messiaanse beweging is. Ik kan dat niet anders zien dan als een werk van Gods Geest. Vandaar dat onze eerste respons er een behoort te zijn van dankbaarheid. (…) Het is, goed beschouwd, genade van God dat er in onze dagen een herstel van de twee-eenheid van de gemeente gaande is. Tegen de stroom van de geschiedenis in, neemt het overblijfsel van Israël zijn plaats in. (…) Onze tweede respons vloeit uit de eerste voort: betrokkenheid. “
Tot zover het citaat uit het boek van Evert van de Poll. Ja, we zijn zowel verwonderd als dankbaar dat het Messiaans Jodendom terug is van heel lang weggeweest. En ja, natuurlijk vraagt dit om een warme betrokkenheid van ons christenen uit de volken. We leven in profetische tijden. Over dit alles zal het gaan op 23 maart. Het belooft een boeiende studiedag te worden. Voor alle informatie over het programma en opgave voor deelname kunt u terecht op onze de pagina Studiedag zaterdag 23 maart 2019.